IJmuiden – Onderzoekers van Wageningen Marine Research monitoren jaarlijks de intrek van glasaal vanuit zee naar de Nederlandse binnenwateren. Om kennis op te doen over het mogelijk jagen van grotere roofvissen op glasaal bij waterbarrières zoals sluizen maken onderzoekers gebruik van zeebaarzen die gisteren gevangen zijn in de Staalhaven van Tata Steel. Na afloop van het onderzoek worden de dieren weer uitgezet.
Op het terrein van Tata Steel in IJmuiden komt veel bijzondere natuur voor, van vier soorten orchideeën tot meidoorns van meer dan honderd jaar oud en een kolonie oeverzwaluwen. In de Staalhaven voelen veel soorten vis zich thuis. Je kunt er zelfs hele scholen waarnemen, waaronder ook de zeebaars en harders. Dat is ook de reden dat er enkele jaren geleden een zeehond in de Staalhaven verbleef: hij trof er een rijk gesorteerd zeebanket aan.
Jonge palingen ondervinden tijdens hun tocht vanuit hun geboortegebied in de Sargassozee (duizenden kilometers verderop) richting het zoete water van Europa veel hinder van allerlei barrières; dammen, schutsluizen en stuwen kunnen bijvoorbeeld voor vertraging in de trek zorgen. Een gevolg is dat vis zich bij barrières soms in grote hoeveelheden en langdurig kan ophopen. Dit worden knelpunten in de migratieroute genoemd. Vooral kleine vis zoals glasaal is dan erg kwetsbaar door bijvoorbeeld het jaaggedrag van grotere roofvissen. Deze zouden kunnen profiteren van grote hoeveelheden kleine vis in een onnatuurlijke situatie. Meer kennis hierover is nodig om goed vervolgonderzoek op te zetten zodat uiteindelijk effectieve maatregelen kunnen worden genomen.
Wageningen Marine Research onderzoekt al sinds 1938 de intrek van glasaal (jonge paling) bij de Afsluitdijk in opdracht van het ministerie van LNV. In de jaren 70 tot en met 90 zijn hieraan een tiental onderzoeklocaties langs de kust toegevoegd, waaronder de spuisluizen van IJmuiden. In 2019 is daarnaast gestart met een grootschalig onderzoek waarbij glasaal ook een klein zichtbaar kleurmerkje meekrijgt. Met als doel een nog beter beeld te krijgen van het jaarlijkse aanbod aan glasaal langs de Nederlandse kust. Ook doet het instituut dat onderdeel uitmaakt van Wageningen University & Research onderzoek naar de mate waarin glasaal zich verspreid, hoe lang ze opgehouden worden en wat de effecten zijn van eventuele migratieoplossingen. De zeebaarzen die bij Tata Steel zijn gevangen, worden gebruikt in gedragsproeven. Hierbij worden ze onder andere gedurende een korte periode blootgesteld aan gemerkte en ongemerkte glasaal, waarbij het gedrag van de zeebaars wordt geobserveerd. De onderzoekers willen weten of roofvis jaagt op glasaal en of gemerkte glasaaltjes daarbij een hoger risico hebben. De glasaal zit hierbij in een doorzichtige buis en kan niet worden opgegeten. De vissen worden na afloop teruggezet in het wild.
IJmuiden is een belangrijke hub voor de glasaaltjes, omdat het toegang biedt tot het 26 kilometer lange Noordzeekanaal. Van daaruit trekken de glasaaltjes de Nederlandse polders binnen. (Foto’s: aangeleverd)