Wekelijks legt Erik Baalbergen een typisch IJmuidens beeld vast, naar aanleiding van de actualiteit, een bijzondere gebeurtenis, een evenement of gewoon vanwege de mooie taferelen die IJmuiden biedt. Achter elke foto schuilen wetenswaardigheden over IJmuiden. Deze week aandacht voor hotel Nommer Eén, dat tot in de Tweede Wereldoorlog op de hoek van de Kanaalstraat en de Oranjestraat stond.
In de eerste jaren van IJmuiden laten de Amsterdamse arts Pieter Harttenroth en zijn compagnon C. van Notten diverse panden bouwen in de piepjonge nederzetting aan de monding van het Noordzeekanaal. Zo laten zij in de jaren 1876-1877 aan de zuidkant van de Kanaalstraat, tussen de Oranjestraat en de Amstelstraat, Hotel Nommer Eén met daarnaast de panden Denemarken, Noorwegen, Zweden en een winkelpand voor J. van der Plaat bouwen. Hotel Nommer Eén doet zijn naam eer aan: het is het eerste hotel van IJmuiden. Op een plattegrond van IJmuiden van 1 november 1876 – de dag dat het Noordzeekanaal geopend werd en dat IJmuiden werd gedoopt – staat het perceel voor ‘Hotel No. 1’ al aangegeven.
Maar nog voordat IJmuiden bestaat en Nommer Eén wordt gebouwd, heeft ditzelfde stukje grond al een “logiesfunctie”. Tijdens het graven van het Noordzeekanaal staat hier een keet van Peeters waarin kanaalwerkers zijn gehuisvest. Net als vele anderen is Peeters naar de Breesaap gekomen om geld te verdienen bij de kanaalwerken. Hij wordt uitvoerder bij de aanleg van de sluizen. Hij laat keten bouwen rond de latere Oranjestraat, nabij de sluiswerken. In tegenstelling tot veel andere keetbazen wil hij zijn geld op een eerlijke manier verdienen. Voor een redelijk bedrag geeft hij zijn mensen onderdak, eten en een borrel. Later schenkt hij een groot deel van zijn verdiende geld aan de bouw van een kerk in IJmuiden.
Nommer Eén opent in 1877 haar deuren. Het hotel is een van de eerste grote gebouwen van IJmuiden en wordt vanuit de begintijd van IJmuiden herinnerd als ‘vrijwel het eenige huis met eene verdieping’. De ingang van het hotel bevindt zich in de afgeschuinde hoek van het pand, op de hoek van de Kanaalstraat en de Oranjestraat. Boven de deur prijkt een groot bord met de naam ‘Hotel Nommer Eén’. Het hotel brengt heel wat leven in de brouwerij. Het wordt het trefpunt voor reders en vishandelaren. Daarnaast fungeert het als cultuur- en verenigingscentrum. Kranten vermelden Nommer Eén veelvuldig als locatie voor vergaderingen, kerkdiensten, openbare verkopingen en veilingen, danslessen, concerten, bijeenkomsten en repetities van clubs en verenigingen, schaaktoernooien en huldigingen.
Vanwege de gunstige ligging trekt het hotel tussen 1883 en 1899 veel treinreizigers. De IJmuider Spoorlijn wordt in 1883 als aftakking van de spoorlijn Haarlem-Uitgeest in gebruik genomen. Het eindpunt ligt dan aan de kanaalzijde bij het begin van de Oranjestraat: vlak voor Nommer Eén! Het stationnetje is een eenvoudig houten gebouwtje, met slechts de noodzakelijke voorzieningen. De treinreizigers kunnen wel onder een overkapping wachten maar een wachtruimte is er niet. En veel noodzaak voor het bouwen van zo’n ruimte is er ook niet, want Nommer Eén doet dienst als wachtruimte èn restauratie. Bij het hotel is een stalhouderij, zodat de gasten per rijtuig of koets verder kunnen reizen.
De eerste uitbater van Nommer Eén is Hugo Jacob Werkhoven, een volle neef van Pieter Harttenroth. Hugo vestigt zich begin juli 1877 als ‘tapper’ met zijn vrouw en vier kinderen in Velsen. Hij komt vanuit Den Haag, waar hij een koffiehuis bij het Station Hollandsch Spoor heeft gehad. In maart 1901 stopt Hugo om gezondheidsredenen. Hij biedt het hotel ter overname aan en verhuist naar Haarlem, waar hij anderhalf jaar later op 64-jarige leeftijd overlijdt. Het hotel wordt overgenomen door Jac. (Jacob) List, die het hotel in 1907 koopt. Jac. List is als IJmuidense horecaondernemer bekend van onder meer café met biljartzaal annex schouwburg en later bioscoop ‘De Cycloop’ op de hoek Prins Hendrikstraat en Visseringstraat en van hotel-restaurant ‘Bad Paviljoen List’ op het semafoorduin. Onder Jac. List komt Nommer Eén wederom tot bloei. Een groot deel van het IJmuidense cultuur- en verenigingsleven speelt zich in het hotel af. In 1910 wordt er zelfs een rolschaatsbaan op de bovenverdieping geopend, waar onder meer de bekende Jaap Eden les geeft.
In januari 1940 overlijdt Jac. List op 73-jarige leeftijd in het Antonius ziekenhuis. Hotel Nommer Eén wordt dan geleid door Gerardus Minnee. In september 1942 wordt het geheel gerestaureerde Hotel-Café-Restaurant ‘Hotel Nommer Eén’ geopend door de nieuwe eigenaar W.J. van Drimmelen. Een paar maanden later staat het hotel onder leiding van L. Wijnans en adverteert het als ‘Het vischrestaurant bij uitnemendheid’ en ‘Unieke slaapgelegenheid voor groepen trekkers, kampeerders en visschers’.
In 1943 wordt Nommer Eén op last van de Duitsers gesloopt om vrij schootsveld te verkrijgen. Na de oorlog wordt het hele woongebied opnieuw ingericht. Op de plek van Nommer Eén komt een flat te staan. In het kader van de vernieuwing van Oud-IJmuiden worden de naoorlogse flats aan de westkant van de Oranjestraat gesloopt om plaats te maken voor nieuwbouw. Op het perceel van voormalig Hotel Nommer Eén verrijst het appartementencomplex zoals getoond op de foto, als onderdeel van ‘Blok 4’. Van Nommer Eén tot Blok 4, in bijna anderhalve eeuw.