Velsen – In de IJmondloge van de Odd Fellows aan de Stationsweg 95 vond vorige week donderdag een bijzondere zitting plaats. Hiermee stonden de leden van de club stil bij het honderdjarig bestaan van de plaatselijke afdeling. Ook vertegenwoordigers van andere loges waren aanwezig bij deze jubileumavond. Het gemeentebestuur van Velsen moest verstek laten gaan, omdat de bijeenkomst samenviel met een vergadering van de gemeenteraad. Wel aanwezig was onze verslaggever Raimond Bos. Hij woonde de hele avond bij en doet hieronder verslag van zijn bevindingen.
Door Raimond Bos
Vraag je op straat aan willekeurige passanten of ze weten wat de Odd Fellows voor club is, dan zijn de antwoorden wisselend. Menigeen moet het antwoord schuldig blijven, een enkeling denkt dat het een serviceclub betreft die zich inzet voor de minderbedeelden en weer een ander houdt het op een soort kerkgenootschap. Dat laatste is het zeker niet. Sterker nog, discussiëren over het geloof wordt tijdens een zitting niet op prijs gesteld, zo vertelt Jan Kemink me aan het begin van de avond. Hetzelfde blijkt te gelden voor discussies over politiek. Ik herinner me dat mensen in mijn kennissenkring dezelfde stelregel hanteren in hun omgang met vrienden. Dergelijke thema’s kunnen verhitte discussies opleveren en de verhoudingen op scherp zetten. Dat is juist niet wat men hier wil. Kemink is al meer dan veertig jaar lid van de Odd Fellows en voor deze avond de aangewezen persoon om mij als nieuwkomer te begeleiden. Ik mag hem vragen wat ik wil en hij geeft geduldig antwoord.
Oorsprong
Wie herinnert zich niet het moment waarop hij met knikkende knieën op het schoolplein stond, wat angstig voor het onbekende dat komen zou? En hoe fijn bleek het uiteindelijk te zijn om elke dag naar school te mogen gaan, daar van alles te leren en nieuwe vrienden te maken? Eigenlijk is dit de meest treffende vergelijking die ik voor de Odd Fellows kan bedenken. Menigeen zal er regelmatig langs gewandeld zijn, maar zette nooit de stap om zich er verder in te verdiepen. En onbekend maakt vaak onbemind, terwijl dat helemaal niet nodig is. Want wat weten we er als buitenstaanders nu echt van? Voluit heet deze wereldwijd opererende club de Independent Order of Odd Fellows, maar meestal gebruiken we alleen de verkorte variant Odd Fellows als we ernaar verwijzen. Die naam roept meteen vragen op, want als je het letterlijk vertaalt, krijg je Vreemde Kerels als resultaat. Hoezo vreemd? Ik zie bij binnenkomst al direct een bekende lopen. Iemand die ik eerder tegenkwam bij een vergadering van een wijkplatform en aan wie ik niets vreemds heb kunnen ontdekken. Alle andere aanwezigen zien er ook niet vreemd uit, al valt het wel op dat ze zonder uitzondering in smoking gekleed gaan. Het blijkt de gangbare uitdossing te zijn tijdens feestelijke bijeenkomsten van de club. Met mijn paarse fleecetrui, zwarte spijkerbroek en werkschoenen met stalen neuzen val ik direct uit de toon, maar dat heeft ergens ook wel iets handigs. De clubleden, die over mijn komst vooraf waren geïnformeerd, weten meteen dat ik de journalist ben. Het is volgens Jan Kemink best bijzonder dat een buitenstaander de gehele avond bijwoont.
Geheimhouding
Dat er rond de Odd Fellows een zweem van geheimzinnigheid hangt, is te verklaren door de manier waarop de club in vroeger jaren moest handelen. In de achttiende eeuw ontstond in Engeland de behoefte aan deze club, met als uitgangspunt dat alle mensen op aarde elkaars broeders zijn en dat ze elkaar moeten helpen om zo een betere samenleving te vormen. De formele opdracht aan haar leden luidde dan ook de zieken te bezoeken, de bedroefden te troosten, de doden te begraven en de wezen op te voeden. Anno 2022 wordt aan dit gedachtegoed vorm gegeven door middel van wekelijkse zittingen, waarin het ethisch denken en handelen centraal staat. Enkele eeuwen was het een geheim genootschap, omdat de Britse overheid het verbood om dergelijke samenkomsten te houden. Uit die tijd stamt nog het gebruiken van passeerwoorden, een traditie die tot op de dag van vandaag in ere gehouden wordt. Pas wanneer je lid bent van de club en de passeerwoorden kent, zul je toegelaten worden tot de tempel, die zich op de bovenverdieping van het pand bevindt. Er blijken twee passeerwoorden te zijn, waarvan er één altijd hetzelfde is en één per twee jaar wisselt. Ken je deze twee woorden, dan heb je wereldwijd toegang tot alle loges van de Odd Fellows.
De zitting
De tempel is een rechthoekige ruimte van naar schatting vijftien bij zes meter. Aan de twee lange zijdes staan de stoelen waarop de leden plaatsnemen. Boven hen aan de wand prijken in grote letters de woorden vriendschap, liefde en waarheid. Het zijn de drie kernwoorden die de schakels vormen in het logo van de organisatie. Deze jubileumzitting wordt voorgezeten door Ben Wellink. Hij leidt het gekozen thema in: pioniers. Wellink blikt terug op het ontstaan van de IJmondloge. Hij noemt de namen van de vijf leden die destijds het eerste bestuur vormden. ,,Zij waren onze eerste pioniers.’’ Meerdere sprekers voeren tijdens de zitting het woord. Felicitaties, een historisch overzicht en woorden van verdieping passeren de revue. Tussendoor klinkt muziek, uitgezocht door de muziekmeester van dienst. Ik hoor fragmenten van mooie klassieke stukken voorbijkomen, maar ook een jazzy uitvoering van de Louis Armstrong-klassieker ‘What a wonderful world’ en het recent uitgebrachte stuk ‘Make it a memory’ van Krezip & Danny Vera. Ondervoorzitter Wandrick Koehorst sluit de zitting af met een korte terugblik. Zijn conclusie luidt dat er altijd voortrekkers nodig zullen zijn in onze samenleving. Hij put troost uit een citaat van filosoof Spinoza: ,,Alles wat schitterend is, is even moeilijk als zeldzaam.’’
Leeftijd
Het lidmaatschap van Koehorst (1986) vormt overigens het bewijs dat de Odd Fellows geen club is voor uitsluitend mensen op hoge leeftijd. Toegegeven, hij behoort qua leeftijd wel tot een minderheid in het gebouw, het merendeel van de leden is de pensioengerechtigde leeftijd al gepasseerd. Dat laatste is wel een punt van zorgen; de Odd Fellows hopen dat zich nieuwe leden zullen aansluiten die de gemiddelde leeftijd wat omlaag brengen. Je moet er een zekere dosis levenservaring voor hebben om de meerwaarde van een club als deze te kunnen inzien. Of, zoals Koehorst het zelf verwoordt: ,,Ik denk echt dat wij iets kunnen toevoegen aan iemands leven, door iemand te laten nadenken over thema’s waarover je normaal gesproken misschien niet echt nadenkt.’’ En precies dat is wat men doet tijdens een reguliere zitting. Eén van de aanwezigen krijgt het woord om een thema aan te snijden. Dit noemt men een bouwsteen en de spreker neemt hiervoor plaats achter een katheder waarop de tekst ‘geef’ zichtbaar is. Je ‘geeft’ immers de andere aanwezigen een nieuw inzicht of legt een basis voor een bredere discussie.
Tradities
De club hecht enerzijds aan het handhaven van sommige tradities, maar anderzijds is zij momenteel ook bezig met de nodige aanpassing aan de huidige tijdgeest. Zo wordt bij het verwijzen naar andere clubleden steevast de aanduiding ‘broeder’ gebruikt, terwijl in de nazitting voornamen gebruikelijk zijn. Bij het betreden van de tempel dragen de leden hun regalia om de hals, het zijn symbolen die uitdrukken welke graad een lid heeft. Er blijken drie gradaties te zijn, het zijn met name de duur van het lidmaatschap en de frequentie van het bezoek die bepalend zijn voor het toekennen van een hogere graad. In de omgang met elkaar zien ze elkaar echter als gelijken. Overigens wijst de ervaring uit dat een lid van de Odd Fellows over het algemeen zelden een wekelijkse zitting aan zich voorbij laat gaan. ,,Het is soms even wennen, maar je gaat op den duur van deze loge houden’’, verwoordt Ben Wellink het treffend. Eigenlijk is de organisatie het beste te typeren als een club van mensen die oprechte aandacht hebben voor de mensen om zich heen en die samen vanuit verschillende invalshoeken een mooiere wereld nastreven. ,,De meeste Odd Fellows lopen op straat’’, zegt Jan Kemink. Hij doelt op het feit dat veel mensen heel goed bij deze club zouden passen, maar zich niet lijken te willen binden.
Maatschappelijke activiteiten
Je kunt natuurlijk best elke week met elkaar praten over een betere wereld, maar er zelf actief een bijdrage aan leveren is natuurlijk nog beter. Daarom staan maatschappelijke activiteiten bij de Odd Fellows steeds weer centraal. De krentenbrodenactie is daarvan een goed voorbeeld. Elk jaar koopt de club een hoeveelheid krentenbroden in bij een plaatselijke bakker. Die worden vervolgens verkocht aan wie ze maar wil kopen. Van elk verkocht brood gaat 1,50 euro naar een goed doel. Dit jaar steunt de IJmondloge het werk van de Stichting Inloophuis Kennemerland, de Stichting Voedselbank Velsen en de IJmuider Reddingsbrigade. Momenteel telt de IJmondloge bijna dertig leden. Mannen die belangstelling hebben om zich aan te sluiten, kunnen via www.oddfellows-velsen.nl contact opnemen. Dat geldt overigens ook voor vrouwen, zij het dat voor hen een andere afdeling van toepassing is: de Duinroosloge. De vrouwen maken gebruik van hetzelfde gebouw, maar binnen de Odd Fellows opereren deze twee groepen van oudsher gescheiden van elkaar. Overigens werken ze wel samen en incidenteel vinden ook gezamenlijke zittingen plaats.
Fotobijschrift: Ben Wellink en Wandrick Koehorst, deze avond respectievelijk voorzitter en ondervoorzitter van de zitting. Foto: Bos Media Services