Velsen – Gedurende enkele maanden lag voor veel mensen het sociale leven nagenoeg stil. De maatregelen om verspreiding van het coronavirus te voorkomen, hakten er flink in. Geen theaterbezoek, geen borreltje in het stamcafé en geen gezellige avond in het verenigingsleven. Zelfs een praatje met familie, buren of vrienden zat er voor velen enige tijd niet in. Hoewel de maatregelen nu flink zijn versoepeld, blijft waakzaamheid geboden. Zeker voor mensen in een risicogroep zijn aan sociale contacten nog altijd risico’s verbonden. Tegelijk is juist voor hen dat sociale contact vaak extra belangrijk. We spraken twee inwoners van de gemeente Velsen over de situatie waar ze door de coronacrisis in zijn beland. Dit is deel 2.
Toen Gré Stroet (1937) haar man Bob leerde kennen, was ze 19 jaar oud. De geboren Alkmaarse verhuisde voor hem naar IJmuiden, waar zijn ouders een kruidenierswinkel aan de Lange Nieuwstraat hadden. Tegenwoordig woont het echtpaar, dat zelf ook jarenlang actief was in het kruideniersvak, in Driehuis. Nog niet zo lang geleden was Gré Stroet drie avonden per week van huis. Ze is nu nog lid van twee bridgeclubs: De Jump en De Kennemers. Bij allebei speelt ze een avond in de week. Sinds half maart ligt het bridgen volledig stil. En daarmee ook de sociale contacten. Want eigenlijk is dat waar het vooral om gaat.
Haar eerste bezoek aan IJmuiden, als 19-jarige jonge vrouw, herinnert ze zich nog als de dag van gisteren. ,,Ik werd door Bob opgehaald van de trein, want toen had IJmuiden nog een station. Onderweg dacht ik ’IJmuiden? Wat wonen daar voor mensen?’ Ik was de stad Alkmaar gewend en IJmuiden leek me echt een dorp. Maar dat wende snel. Ik heb nooit heimwee naar de stad gehad. Zestien jaar lang heb ik het heel erg naar mijn zin gehad in IJmuiden.’’ Daarna verhuisde het echtpaar naar de huidige woning in Driehuis. Een nieuwe woonomgeving, dus wel even wennen. Gré Stroet: ,,Ik ben katholiek opgevoed. Ik ben, toen we hier kwamen wonen, naar het katholiek vrouwengilde gedaan. Dat was mijn redding. Want wat moet je anders, als je in een nieuwe wijk gaat wonen? Je kent helemaal niemand. Daar leerde ik mensen kennen. Daar was ook iemand bij met een hond. Wij hadden zelf ook een hond, dus we gingen samen twee keer per dag wandelen met de honden.’’ In de loop der jaren leerde het echtpaar veel mensen in de buurt kennen. Het contact met de wijkbewoners is erg goed. ,,Ik stond laatst de tuin te sproeien en toen kwam een buurman van de overkant even informeren of alles goed met ons gaat. Hij zei dat we hem altijd kunnen bellen, als er iets is. Daarna kwam een andere buurman ook even praten en wat later kwam zijn vrouw ook langs. Ik stond zo lang in de tuin te praten dat mijn man is komen kijken of alles wel goed met me ging.’’
Sociaal aspect
Van kaartspelletjes moest Gré Stroet aanvankelijk niets hebben. Ze werd gevraagd om te komen klaverjassen, maar ze sloeg het aanbod af. ,,Die mensen maken altijd ruzie, dacht ik. Ik wilde er niets van weten.’’ Uiteindelijk ging ze toch overstag en begon ze met bridgen. Achteraf is ze blij dat ze dat gedaan heeft. ,,Het is heel fijn. Als je de kaarten in je handen hebt, vergeet je even alle zorgen.’’ Het spelletje zelf is leuk, maar de interactie met de andere spelers is waar het eigenlijk om gaat. ,,Je spreekt iedereen en je hoort van alles. Op een avond komen er wel honderd mensen samen.’’ Bridgeclub De Jump maakt gebruik van de recreatiezaal onder wooncomplex Velserhooft in Santpoort-Noord. Een mooie ruimte, maar niet geschikt om zo veel mensen te kunnen onderbrengen, als er anderhalve meter afstand moet worden gehouden. ,,Ze hebben het erover gehad dat ze de groep in tweeën willen splitsen. Vijftig op de ene avond en vijftig op de andere avond. Maar weet je, ik ken die honderd mensen allemaal. Als ze dat gaan splitsen, dan is eigenlijk de lol er een beetje vanaf.’’ Ook de mogelijkheid om schermen te plaatsen tussen de spelers, is bekeken. Niet elke club is echter in staat de kosten van dergelijke maatregelen te dragen.
Angstig
En dan is er nog een ander probleem. Bij een kaartspel gaan de kaarten van hand tot hand en dat levert mogelijk een besmettingsgevaar op, wanneer iemand het coronavirus onder de leden heeft. ,,Ik heb longklachten, dus ik behoor tot een risicogroep. Als ik het coronavirus krijg, ben ik er zo geweest. Maar gelukkig voel ik me nog goed.’’ Met haar vaste bridgepartner Olaf Tjaden heeft ze niet gebridged sinds de clubactiviteiten werden opgeschort. Is spelen via de computer geen optie? ,,Nee, absoluut niet. Ik ben daar niet handig in, maar je mist dan bovendien het sociale aspect, het gezellige praatje met elkaar.’’ Thuis heeft ze een fles desinfecterende gel op tafel staan en de dagen brengt ze momenteel uitsluitend thuis door. ,,Mijn man doet de boodschappen en hij gaat ook naar zijn volkstuin. Ik zeg wel eens dat hij de enige is die mij zou kunnen aansteken.’’
Het coronavirus heeft haar angstig gemaakt. Ze beseft: ,,Als je gezond bent, dan moet je daar heel blij mee zijn. Dat waarderen we eigenlijk veel te kort. Inmiddels is de angst wel weer iets gezakt, haar broer en schoonzus komen sinds kort weer over de vloer.
,,Maar weet je wat ik nog het meeste mis? Misschien wel meer dan het bridgen? Lekker op een terrasje zitten. Want dat durf ik nog niet aan.’’ (Tekst: Bos Media Services)
Foto:
Gré Stroet, rechts van de tafel vooraan in beeld, op een foto uit het archief van bridgeclub De Kennemers. Bridgeavonden zoals deze zijn door de coronaregels momenteel niet mogelijk. (Foto: Bridgeclub De Kennemers)