Velsen – Want wie komt er nu als Roterian twee keer in deze krant, dan moet er wel iets bijzonders aan de hand zijn.
Door Leonie van der Linden van Doorn
Nietsvermoedend kwam Egbert Wilmink naar de wekelijkse bijeenkomst van Rotary. Na een gebruikelijk glaasje werd hij door voorzitter Betty Schouten naar voren gehaald voor het opspelden van een zeer uitzonderlijke onderscheiding. De Paul Harris Fellow ‘Blauwe Saffier’. Dit eerbetoon is in het 73-jarig bestaan van Rotary Club Velsen slechts één keer eerder uitgereikt.
Ik vraag Egbert wat je voor een bijzonders moet doen om voor deze onderscheiding in aanmerking te komen. Hij zucht diep: ,,Ik weet het werkelijk niet’, ik ben al jaren in deze club en doe volgens mij wat de andere leden ook doen, helpen waar het moet en kan. Dus schiet mij maar lek, ik weet het werkelijk niet.’’ Maar trots is hij er wel op. Overigens weten wij bij Rotary wel dat deze onderscheiding niet uit de lucht komt vallen; want wie kun je keer op keer bellen als je hulp nodig hebt; Egbert. Wie haalt er in het busje van de Drankenier, waarvan zijn zoon eigenaar is, cadeautjes op voor het pakhuis van Sinterklaas; Egbert. Wie komt er keer op keer met nieuwe ideeën voor een inzameling of om iets leuks te organiseren voor kinderen; Egbert! Met deze opsomming zou ik moeiteloos verder kunnen gaan maar dat is saai.
En saai is iets dat niet past bij deze ondernemende, actieve en sportieve man.
Zijn advies om zo te blijven? ,,Sporten is echt een uitlaatklep. Ik stap alleen of met de fietsclub van Rotary op de fiets en mijn hoofd wordt leeg én in het laatste geval halen we nog geld op voor een goed doel ook.’’
Service Above Self is hét motto van Rotary en past perfect bij Egbert.
De Paul Harris Fellow ‘Blauwe Saffier’ voor Egbert Wilmink. Foto: Leonie van der Linden van Doorn