Velsen – Erna Sassen is geboren in Beverwijk (1961) en bracht de belangrijkste jaren van haar jeugd door in IJmuiden. Ze volgde het VWO op het Ichthus Lyceum, eerst op de Doorneberglaan en later in Driehuis. De middelbare schooltijd is, zoals we ons allemaal van lang- of kortgeleden herinneren, zó bepalend voor de rest van je leven. ,,Sassen heeft zich ontwikkeld tot een schrijver die de stem van een puber als geen ander weet te vangen. Tranen van het lachen en tranen van ontroering volgen elkaar op in dit onstuimige en verbluffend goed geschreven boek voor jongeren.’’, aldus de jury van de Nienke van Hichthum-prijs 2021 over haar nieuwste boek ‘Neem nooit een beste vriend’.
Door Ingeborg Baumann
Rond haar negende jaar verhuisde het gezin Sassen naar IJmuiden, Erna zat toen in de derde klas, zoals dat toen nog heette, van de basisschool. Daarna ging ze naar het Ichthus en na het VWO volgde ze een opleiding aan de Theaterschool in Amsterdam, de Academie voor Kleinkunst. Ze reisde nog twee jaar elke dag op- en neer van Amsterdam naar IJmuiden. Want anders dan je zou denken, op die leeftijd is Amsterdam natuurlijk een en al uitdaging en bruisend en inspirerend, zegt ze: ,,Ik heb nooit gedacht dat IJmuiden ‘te klein’ voor me was. Integendeel, ik vond de grote stad bedreigend. Ik ben snel overprikkeld en bijvoorbeeld die volle trams, dat iedereen tegen je aan staat, vreselijk! Ik was ook absoluut geen uitgaander. Veel te veel lawaai. Mijn broer Mark ging naar De Bascule, ik zat gewoon thuis.’’ Mark Sassen is een bekend fotograaf in de regio en heeft zijn studio midden in het Havengebied.
Veel om te verwerken
De vraag rijst onwillekeurig waarom zo’n meisje dat tegenwoordig niet houdt van al te veel aandacht, voor uitgerekend de Theaterschool kiest. ,,Ik zie dat niet als een tegenstelling maar snap wel dat je het vraagt. Het gaat op de Kleinkunstacademie om persoonlijke vorming, je gaat ontdekken wie je bent. Ik hield heel erg van muziek en zong veel. Liedjes van Simon & Garfunkel en Herman van Veen en zo. Ik zat eindeloos op mijn kamer met mijn gitaar. Het waren lange dagen met veel vakken. Veel om te verwerken. Karin Bloemen bijvoorbeeld was altijd ook na school superactief, ik niet. Ik zat hele avonden voor me uit te staren en te denken. Soms voelde ik me wel een saaie tut.’’
Medisch Centrum West
En toen kwam haar rol als verpleegster Suzanne Lievegoed in Medisch Centrum West. Weet u het nog? Medisch Centrum West werd van 1988 tot 1994 uitgezonden door de TROS. De hoge kijkcijfers, variërend van 3,0 tot 4,5 miljoen wekelijkse kijkers, zijn tot op heden de hoogste kijkcijfers ooit gehaald door een Nederlandse dramaserie. De makers van de dramaserie besloten in het seizoen 1993/1994 om op het hoogtepunt bij aflevering 100 te stoppen. Het fenomeen Bekende Nederlander was geboren en daar hoorde Erna dus ook ineens bij. ,,Ik had geen idee hoe ik daarmee om moest gaan. Regisseur Nico Knappert gaf me veel ruimte, dat had ik ook nodig. Als ik dingen moet doen waar ik niet achter sta loop ik weg of klap ik dicht. Tijdens de audities die ik deed voor de rol van Suzanne zeiden ze: ‘Dit wordt een mega-hit.’ Ik dacht: ‘Ja hoor, zal wel’. Eerst zien.’ Het was bijna vanaf het begin bijna idioot hoe mensen op straat reageerden. Iédereen keek naar de serie. Er was ook niets anders, je had Nederland 1 en Nederland 2 en dat was het. Ik wist echt niet wat me overkwam, voelde me een soort buitenaards wezen!’’
Makkelijker uiten met schrijven
Erna is nu vooral bekend als schrijver van boeken voor de jeugd en jongvolwassen. ‘Young Adult’ wordt dat genre genoemd. En daar is ze, lees de kritieken maar, heel goed in. Ze werd in 2022 genomineerd voor de Woutertje Pieterse Prijs, kreeg een wildcard van De Jonge Jury, is genomineerd voor Beste Boek voor Jongeren en kreeg in 2021 de Nienke van Hichthum-prijs. Allemaal prijzen die niet zo bekend zijn als de Gouden Televisiering maar in dit genre belangrijke prijzen. Erna: ,,Ik uitte me altijd al makkelijk met schrijven. Ik hield dagboeken bij en schreef mijn eigen teksten op de Theaterschool. Zo schreef ik ooit een verhaaltje van ik geloof vier A-viertjes over een opa en een geit. Mijn collega en vriend op de Academie zei dat het meer een verhaal voor kinderen was. Heel lang bewaard en bij onze verhuizing van Amsterdam naar Haarlem kwam ik het weer tegen en toen ik het las moest ik wéér lachen. Dat heb je niet altijd als je werk van jezelf van tien jaar terug leest. Mijn man vond het ook leuk en zei dat ik er iets mee zou moeten doen. Ik stuurde het op naar drie uitgevers en uitgeverij Leopold vroeg of ik er een boek van zou willen maken.’’
Kijk mij eens hip zijn
Grote gevaar voor een oudere schrijver, Erna valt in de leeftijdscategorie die niet al te liefkozend wel ‘boomer’, wordt genoemd, is dat je te populair wil zijn. Vooral in het taalgebruik. Straattaal gaat gebruiken en de jongeren laat denken: ‘Doe jij eens normáál!’’ Dat weet Sassen gelukkig te vermijden: ,,Af en toe gebruik ik wel zo’n woord maar zeker niet veel. Straattaal verandert ook voortdurend, zo heb je het door en zo is het weer anders. Ik schreef ‘Neem nooit een beste vriend’ vanuit Joshua in de ik-vorm. Het gaat meer om de toon dan om de woorden op zich. Dat ik me kan inleven in de gevoelens van jongeren heb ik misschien vanuit mijn theaterverleden maar ik put natuurlijk ook uit mijn eigen jeugd. Het zijn universele gevoelens die de meeste mensen kennen uit een onzekere, vormende periode uit je leven. Wat ik wel doe is af en toe krachttermen gebruiken. Er is geen 17- jarige die ‘oh jéétje’ zegt. Dus schelden doe ik wel maar straattaal pikt de jeugd volgens mij van een 60- jarige schrijver niet.’’
Nerd, watje en homo
En dat gebruik van krachttermen maakt de boeken een beetje rauw maar heel realistisch en ook empathisch. Je voelt als lezer wat de personages doormaken.
Een fragment uit ‘Neem nooit een beste vriend’: ,,Toen ik Sergio voor het eerst ontmoette, vorig jaar in de derde, zag het er eigenlijk naar uit dat hij mijn ergste vijand zou worden. Dat lag ook een beetje aan mijzelf. Ik had namelijk last van vooroordelen. (Grote vooroordelen.) Kan je beter niet hebben als je toevallig in een 3-vmbo-klas van een totaal onbekende school belandt. Ik had onder andere het vooroordeel: iemand die eruitziet als het opperhoofd van een criminele motorclub en die iedereen die hem in de weg loopt op zijn bek timmert of laat timmeren door zijn knechtjes, moet wel een enorme lul zijn. Sergio zelf had ook last van vooroordelen. Hij vond mij een nerd (wat ik niet ben), een watje (ben ik wel) en een homo (zou kunnen, al heb ik tot nu toe geen ervaring op dat gebied), en iemand die een nerd is én een watje én een homo moest wel een enorme lul zijn. Een prima treiter-object dus.’’ Als je dit leest dan stá je, ook als oudere, toch weer in de hal van zo’n scholengemeenschap stoer onzeker te zijn?
Ichthus
,,Ergens in de derde van het Ichthus moest ik een strafopstel schrijven en dat ook voordragen in de klas. De vader van een vriendinnetje las het en zei meteen ‘dat meisje wordt later schrijver’.’’ Heel leuk is om te horen is dat Dolf Schelvis, voormalig muziekleraar op het Ichthus Lyceum en legendarisch, hele generaties heeft gestimuleerd en gemotiveerd om hun talenten te ontdekken en te gebruiken. ,,Hulde, hulde, hulde’’, zegt Erna. Het koor van het Ichthus was gewéldig en de rondgang door Driehuis op kerstavond hoogtepunt van het jaar voor mij.’’ Bijzonder dat een jeugd, doorgebracht in Velsen, zo’n impact kan hebben.
Foto: Mark Sassen