Velsen-Zuid – Geruime tijd werkte Steef Hammerstein (65) voor Amerikaanse en Engelse multinationals in de IT-branche, waardoor hij heel wat vlieguren maakte. Elf jaar geleden vond hij zijn droombaan op amper tweehonderd meter van zijn eigen achtertuin. Hij werd commercieel directeur van voetbalclub Telstar en moest ervoor zorgen dat de kassa bij de ‘Witte Leeuwen’ bleef rinkelen. Een taak die hem op het lijf is geschreven. Volgende week neemt hij afscheid. Enerzijds met pijn in het hart, maar tegelijk zegt hij: ,,Het is mooi geweest. Het is tijd voor de nieuwe generatie.’’
Op 19-jarige leeftijd begon Steef Hammerstein als assistent-account bij het toenmalige KPMG. ,,Na de overstap naar Burroughs/Unisys kwam ik al heel snel in de commerciële hoek terecht en ben daar altijd gebleven. Het behalen van targets en zo veel mogelijk winst stond bij de bedrijven waarvoor ik werkte altijd centraal. Maar dat zit totaal niet in de voetballerij. Hier is jaarlijks een budget en dat mag helemaal op.’’ Het was even wennen, maar al snel had hij zijn draai gevonden. Twee jaar nadat Hammerstein in zijn functie actief was, kreeg hij te maken met ernstige gezondheidsproblemen. Hij moest een hartoperatie ondergaan en was enige tijd uit de roulatie.
En ook drie jaar geleden zat hij, wederom door hartklachten, een periode noodgedwongen thuis. Juist op dat moment begonnen bij Telstar vraagstukken op het gebied van duurzaamheid een grote rol te spelen. ,,Dat thema was nooit echt onder de aandacht geweest. Maar er lag een plan klaar en dat hoefde alleen nog maar ingediend te worden. Toen werd ik ziek en bleef ik een half jaar weg. Toen ik weer terugkwam, bleek dat er met het plan helemaal niets gedaan was. Het lag nog ergens in een lade. We hadden nog drie maanden om de subsidie veilig te stellen.’’ Dat lukte, het resulteerde uiteindelijk in de oprichting van Stichting De Groene Leeuwen, die vorig jaar in het leven werd geroepen. Hammerstein is zelf penningmeester van die organisatie en blijft deze taak ook na zijn vertrek uitoefenen.
Dat het stadion in Velsen-Zuid tegenwoordig is uitgerust met een groot aantal zonnepanelen, kwam de voetbalclub dit jaar goed van pas. Door de coronacrisis vielen alle inkomsten van Telstar weg, maar het opwekken van groene stroom ging gewoon door. ,,Die panelen draaien als een tierelier. Dat is het enige waar we nog omzet mee hebben kunnen maken.’’
,,Telstar financieel gezond houden is een doorlopende uitdaging. Die ga ik wel missen.’’
Als commercieel directeur heeft Steef Hammerstein in de loop der jaren veelvuldig contact gehad met sleutelfiguren binnen het regionale bedrijfsleven. Jaar in, jaar uit slaagde hij erin om ondernemers, vaak voor langere tijd, aan de club te binden. Promotie naar de eredivisie van het betaald voetbal vormde daarbij altijd het uitgangspunt. Telkens waren de vooruitzichten daarop goed, maar steeds lukte het niet om dat ultieme doel te bereiken. Desondanks slaagde men er wel altijd in om in financieel opzicht het hoofd boven water te houden. ,,Telstar heeft 57 jaar lang zelf de eigen broek weten op te houden. Daar moesten we ieder jaar weer hard voor knokken, maar het is altijd gelukt. Ik vind dat een hele prestatie. Af en toe moesten we gekke dingen doen om het voor elkaar te krijgen. Het is een doorlopende uitdaging. Die ga ik wel missen.’’
Het grootste deel van de jaarlijkse begroting bij de voetbalclub bestaat uit sponsorgeld. Hoe anders is dat voor een commercieel directeur, in vergelijking tot de situatie binnen het bedrijfsleven? ,,Een bedrijf verkoopt een product en wil de aandeelhouders zo veel mogelijk winst laten maken. Wij hebben ook aandeelhouders, maar met een heel ander belang. Zij doen het om de club te kunnen laten voortbestaan.’’
,,Het oppakken van de exploitatie van SHIP is gevoelsmatig een mislukt project.’’
Met zijn creatieve aanpak en vernieuwende inzichten wist Steef Hammerstein, tezamen met de overige collega’s, veel moois voor Telstar te bereiken. Tegelijk zorgde dit ook regelmatig voor het nodige vuurwerk op directieniveau. Terugkijkend op de samenwerking met algemeen directeur Pieter de Waard erkent hij: ,,Ik heb mijn werkrelatie met hem niet goed ingevuld. Ik ben te vaak met hem in conflict geweest en daardoor ook met mezelf. Kijk, ik ben een ondernemer, een doener, heb ambitie. En ik ben heel resultaatgericht. Maar ik durf ook risico’s te nemen. Pieter is geen man van risico’s, dus dat botst.’’ Veelzeggend zijn de woorden, waarmee De Waard vorige week zelf de samenwerking typeerde: ,,Zonder wrijving geen glans.’’ Als voorbeeld haalt hij de bouw van een tribune aan de zuidzijde van het wedstrijdveld aan. ,,Pieter vond dat we daar niet aan moesten beginnen.’’ Hammerstein slaagde erin om een sponsor te contracteren die zich actief ging bezighouden met de verkoop van de reclameborden op de nieuwe tribune. ,,Als je dat omrekent, hebben we het geld voor die tribune inmiddels ruimschoots terugverdiend.’’ Ook het oppakken van de exploitatie van SHIP, het Sluis Haven Informatie Punt, was een opvallende stap die voor discussie zorgde. ,,Ik zag volop kansen om synergie te halen uit die samenwerking. SHIP trekt vooral in de zomer bezoekers, precies in de periode waarin het voetbal stil ligt. Maar je kunt er eigenlijk nu niets aan verdienen, eerst al de afsluiting van de fietsroute voor drie jaar en nu corona. Je ligt in feite aan de ketting, want je mag geen entree heffen. Gevoelsmatig is het voor Telstar een mislukt project.’’
,,Als Feyenoord me had gebeld, dan was ik daarheen gegaan.’’
In veel opzichten heeft Telstar zich in de afgelopen jaren verder geprofessionaliseerd. ,,Kijk bijvoorbeeld eens naar onze horeca op Oost. Acht jaar geleden werden daar broodjes worst verkocht, als de Keuringsdienst van Waren toen was langsgekomen, hadden we vast een groot probleem gehad. En moet je nu eens kijken. We hebben een prachtige multifunctionele ruimte met een topomzet.’’
Ook de mediacabine, die in 2014 werd geplaatst, ziet hij als een mooie stap voorwaarts. ,,Wij hebben de meest unieke mediacabine van Nederland’’, klinkt het overtuigend. De afgelopen jaren heeft Hammerstein zijn werk voor de voetbalclub op een lager pitje gezet. Aan stoppen moest hij aanvankelijk nog niet denken. ,,In 2017 vroeg mijn cardioloog of ik niet beter kon stoppen. Maar dat wilde ik niet. Toen kreeg ik het advies om het dan in elk geval anders te doen en dat heb ik gedaan.’’
Heeft hij ooit de neiging gehad Telstar te verlaten? ,,Nee, eigenlijk niet. Nou ja, als Feyenoord me zou hebben gebeld, dan was ik gegaan.’’ Terwijl hij deze woorden uitspreekt, toont hij zijn koffiebeker. ,,Kijk, ik drink ook mijn koffie uit een mok van Feyenoord. Maar ze hebben me nooit gebeld, dus ik ben hier gebleven.’’
Dat hij het elf jaar lang in deze functie heeft volgehouden, vindt hij zelf opmerkelijk. ,,Ga maar eens zoeken binnen het betaald voetbal. Ik denk niet dat je iemand kunt vinden die het zo lang heeft volgehouden. Want je moet best wel een dikke huid hebben. Je krijgt veel over je heen. Ik zou over elk jaar bij Telstar wel een apart boek kunnen schrijven. Maar ik ben nog steeds overal welkom en dat is fijn en daar ben ik de bedrijven zeer dankbaar voor.’’